AF gebruiken (Video)
Dit deel beschrijft het gebruikt van AF bij video-opname.
In “5. Focus/Zoom” werken de beschreven functies voor foto's en video. |
[Continu AF]
U kunt instellen hoe u in AF wilt scherpstellen wanneer een video opgenomen wordt.
[] [] Selecteer [Continu AF]
[MODE1] |
De camera zal tijdens het opnemen automatisch blijven scherpstellen. |
[MODE2] |
De camera zal tijdens het opnemen in de []-modus tijdens opname stand-by en het opnemen automatisch blijven scherpstellen op onderwerpen. |
[OFF] |
De camera handhaaft het scherpstelpunt bij de start van de opname. |
In de modus [iA], blijft de camera automatisch scherpstellen tijdens opnamestand-by, ongeacht de [Continu AF]-instelling. Afhankelijk van de opname-omstandigheden of de gebruikte lens, kan het AF-werkgeluid opgenomen worden tijdens het opnemen van de video. Als u hinder van het werkgeluid ondervindt, raden wij aan de opname te maken met [Continu AF] op [OFF]. Als de zoom bediend wordt terwijl een video opgenomen wordt, kan het even duren voordat het onderwerp scherp gesteld wordt. Als de volgende functie gebruikt wordt, schakelt [MODE1] naar [MODE2]: – HDMI-uitvoer ([] modus) [MODE2] werkt niet tijdens opname stand-by in de volgende gevallen: – In situaties met weinig licht |
[AF Aang. Inst.(Video)]
U kunt de scherpstelmethode voor video-opnames fijn aanpassen met gebruik van [Continu AF].
[] [] Selecteer [AF Aang. Inst.(Video)]
[ON] |
Schakelt de volgende instellingen in. |
|
[OFF] |
Schakelt de volgende instellingen uit. |
|
[SET] |
[AF-Snelheid] [] -zijde: Het brandpunt beweegt bij een hogere snelheid. [] -zijde: Het brandpunt beweegt bij een lagere snelheid. |
|
[AF-Gevoeligheid] [] -zijde: Als de afstand tot het onderwerp aanzienlijk verandert, past de camera het brandpunt onmiddellijk opnieuw aan. [] -zijde: Als de afstand tot het onderwerp aanzienlijk verandert, wacht de camera even alvorens het scherpstellen opnieuw aan te passen. |