Verbinding maken met een smartphone
Verbinding maken met een smartphone (Bluetooth verbinding)
Verbinding maken met een smartphone ([Wi-Fi-verbinding])
Met eenvoudige handelingen beelden op de camera naar een smartphone versturen
Maak verbinding met een smartphone waarop de “Panasonic LUMIX Sync” (hierna: “LUMIX Sync”) smartphone app geïnstalleerd is
Gebruik de “LUMIX Sync” voor remote opnames en het overzetten van beelden.
Installeren “LUMIX Sync”
“LUMIX Sync” is een applicatie voor smartphones die door Panasonic verstrekt wordt.
Ondersteund OS Android™: Android 9 of hoger iOS: iOS 14 of hoger |
-
Sluit de smartphone aan op een netwerk.
-
(Android) Selecteer “Google Play™ Store”.
(iOS) Selecteer “App Store”.
-
Voer “LUMIX” of “panasonic lumix sync” in het zoekvenster in.
-
Selecteer en installeer de “Panasonic LUMIX Sync” .
Gebruik de meest recente versie. De ondersteunde besturingssystemen zijn correct met ingang van september 2023 en aan veranderingen onderhevig. Lees de [Help] in het “LUMIX Sync”-menu voor meer details over hoe te werk te gaan. De app werkt mogelijk niet correct, afhankelijk van uw smartphone. Raadpleeg voor informatie over de “LUMIX Sync” de volgende ondersteuningssite: https://panasonic.jp/support/global/cs/dsc/ (Alleen Engels) |
Verbinding maken met een smartphone (Bluetooth verbinding)
Volg een eenvoudige set-up procedure voor de verbinding (koppelen), om verbinding te maken met een smartphone die Bluetooth Low Energy ondersteunt.
Als het koppelen ingesteld is, maakt de camera ook automatisch verbinding met de smartphone via Wi-Fi.
Als voor het eerst verbinding gemaakt wordt, zijn instellingen voor het koppelen nodig.
Raadpleeg voor informatie over verbinding maken voor de tweede keer en daarna (Verbinding maken met een gekoppelde smartphone)
Ondersteunde smartphones Android™: Android 9 of hoger met Bluetooth 4.0 of hoger (uitgezonderd die welke geen Bluetooth Low Energy ondersteunen) iOS: iOS 14 of hoger Schakel de Bluetooth functie op de smartphone van tevoren in. |
-
Start “LUMIX Sync” op de smartphone.
Er wordt een bericht over de registratie van het apparaat (camera) weergegeven. Selecteer [Volgende].
Als u het bericht gesloten heeft, selecteer dan [] en registreer vervolgens de camera met gebruik van [Cameraregistratie (koppelen)].
-
Controleer de inhoud in de weergegeven gids en selecteer [Volgende] tot het scherm weergegeven wordt waarin de camera geregistreerd moet worden.
De camera bedienen in overeenstemming met de gids van de smartphone.
-
Zet de camera in de stand-by-status van Bluetooth koppelen.
[] [] [Bluetooth] [Bluetooth] [SET] [Koppelen]
De camera gaat in de stand-by-status voor koppelen en de apparaatnaam (A) wordt weergegeven.
-
Selecteer de apparaatnaam van de camera op de smartphone.
(iOS apparaten) Als een bericht weergegeven wordt om de verandering van bestemming te bevestigen, selecteer dan [Verbind].
-
Als een bericht verschijnt dat aangeeft dat de apparaatregistratie voltooid is, selecteer dan [OK].
Er zal een Bluetooth-verbinding tussen de camera en de smartphone gemaakt worden.
De gekoppelde smartphone zal als een gekoppeld apparaat geregistreerd worden. Tijdens de Bluetooth verbinding wordt [] op het opnamescherm weergegeven. Als de Bluetooth functie ingeschakeld is maar geen verbinding met de smartphone tot stand gebracht is, verschijnt [] doorschijnend. Er kunnen tot 16 smartphones geregistreerd worden. Als u probeert meer dan 16 smartphones te registreren, zal de registratie-informatie van de oudste het eerst gewist worden. |
Beëindig de Bluetooth verbinding
Om de Bluetooth verbinding te beëindigen, moet u de Bluetooth functie van de camera uitschakelen.
[] [] [Bluetooth] [Bluetooth] Selecteer [OFF]
Zelfs als u de verbinding beëindigt, zal de informatie over het pairen ervan niet gewist worden. |
Verbinding maken met een gekoppelde smartphone
Verbind gekoppelde smartphones met gebruik van de volgende procedure.
-
Schakel de Bluetooth functie van de camera in.
[] [] [Bluetooth] [Bluetooth] [ON]
-
Start “LUMIX Sync” op de smartphone.
Als een bericht verschijnt waarin gemeld wordt dat de smartphone camera's aan het zoeken is, sluit dit bericht dan.
-
Selecteer [].
-
Selecteer [Bluetooth-setup].
-
Schakel Bluetooth op ON.
-
Selecteer de apparaatnaam van de camera uit de items van [Geregistreerde camera('s)].
Zelfs als u het pairen met meer dan een smartphone instelt, kunt u met slechts één smartphone per keer verbinding maken. Als het koppelen enige tijd in beslag neemt, kan het annuleren van de koppelingsinstellingen op zowel de smartphone als de camera en het opnieuw tot stand brengen van de verbinding tot gevolg hebben dat de camera correct gedetecteerd wordt. |
Het koppelen annuleren
-
Annuleer de koppelingsinstelling van de camera.
[] [] [Bluetooth] [Bluetooth] [SET] [Verwijderen]
-
Selecteer de smartphone waarvoor het koppelen geannuleerd moet worden.
Annuleer ook de koppelingsinstelling op de smartphone. Als [Resetten] in het [Set-up] ([Instelling])-menu gebruikt is om de netwerkinstellingen te resetten, wordt de informatie van de geregistreerde apparaten gewist. |
Verbinding maken met een smartphone ([Wi-Fi-verbinding])
Gebruik Wi-Fi om de camera en de smartphone te verbinden.
Met de fabrieksinstellingen is een eenvoudige verbinding met smartphones mogelijk zonder dat een wachtwoord ingevoerd moet worden.
U kunt de wachtwoordauthenticatie ook gebruiken voor een verhoogde beveiliging van de verbinding.
Een derde partij kan in staat zijn uw uitzendingen te onderscheppen als u geen wachtwoordauthenticatie gebruikt. Bij het opnemen of verzenden van belangrijke beelden raden we aan om wachtwoordauthenticatie te gebruiken. (Verbinding maken met gebruik van wachtwoordauthenticatie)
-
Zet de camera op de stand-by status van de Wi-Fi verbinding.
[] [] [Wi-Fi] [Wi-Fi-functie] [Nieuwe verbinding] [Bediening met smartphone]
De SSID (B) van de camera wordt op het scherm weergegeven.
U kunt dezelfde handeling ook uitvoeren door op de Fn-knop te drukken die toegekend is aan [Wi-Fi]. (Fn-knoppen)
-
Zet in het instellingenmenu van de smartphone de Wi-Fi functie op ON.
-
Selecteer de SSID die op de camera weergegeven wordt.
-
Start “LUMIX Sync” op de smartphone.
-
(Bij de eerste verbinding) Bevestig de apparaatnaam die op de camera weergegeven wordt en selecteer vervolgens [Ja].
Als een ander apparaat dat waarmee u verbinding wilt maken weergegeven wordt, zal de camera automatisch met dat apparaat verbinding maken als u [Ja] selecteert. Als er andere apparaten met een Wi-Fi-verbinding in de nabijheid zijn, raden wij aan het wachtwoord met de hand in te voeren of om de QR-code te gebruiken, om verbinding te maken met wachtwoordauthenticatie. (Verbinding maken met gebruik van wachtwoordauthenticatie) Als de volgende functie gebruikt wordt, is [Wi-Fi-functie] niet beschikbaar: – [Autom. overzetten] |
Verbinding maken met gebruik van wachtwoordauthenticatie
U kunt de veiligheid van de Wi-Fi verbinding verbeteren door een wachtwoordauthenticatie te gebruiken, door die handmatig in te voeren, dan wel met een QR-code.
De QR-code scannen om verbinding te maken
-
Zet [Wi-Fi-wachtwoord] op de camera op [ON].
[] [] [Wi-Fi] [Wi-Fi setup] [Wi-Fi-wachtwoord] [ON]
-
Laat de QR-code (C) weergeven.
[] [] [Wi-Fi] [Wi-Fi-functie] [Nieuwe verbinding] [Bediening met smartphone]
U kunt dezelfde handeling ook uitvoeren door op de Fn-knop te drukken die toegekend is aan [Wi-Fi]. (Fn-knoppen)
Druk op of om de QR-code te vergroten.
-
Start “LUMIX Sync” op de smartphone.
Als een bericht verschijnt waarin gemeld wordt dat de smartphone camera's aan het zoeken is, sluit dit bericht dan.
-
Selecteer [].
-
Selecteer [Wi-Fi-verbinding].
-
Selecteer [QR-code].
-
Scan de QR-code die op het scherm van de camera weergegeven wordt met gebruik van “LUMIX Sync”.
(iOS apparaten) Als een bericht weergegeven wordt om de verandering van bestemming te bevestigen, selecteer dan [Verbind].
Handmatig invoeren van een wachtwoord om verbinding te maken
-
Geef het scherm weer in stap 2 (De QR-code scannen om verbinding te maken).
-
Zet in het instellingenmenu van de smartphone de Wi-Fi functie op ON.
-
Selecteer op het set-upscherm van Wi-Fi de SSID (D) die op de camera weergegeven wordt.
-
(Bij de eerste verbinding) Voer het wachtwoord in (D) dat op de camera weergegeven wordt.
-
Start “LUMIX Sync” op de smartphone.
Andere verbindingsmethoden dan de standaardinstellingen
Als verbinding gemaakt wordt met [Via netwerk] of [WPS-verbinding] in [Direct], volg dan onderstaande stappen:
-
Geef het instellingenscherm van de verbindingsmethode voor de camera weer.
[] [] [Wi-Fi] [Wi-Fi-functie] [Nieuwe verbinding] [Bediening met smartphone]
-
Druk op [DISP.].
Verbinding maken via een netwerk
-
Selecteer [Via netwerk] en druk dan op of .
Verbind de camera met een draadloos toegangspunt. ([Via netwerk])
-
Zet in het instellingenmenu van de smartphone de Wi-Fi functie op ON.
-
Verbind de smartphone met het draadloze toegangspunt waarmee de camera verbonden is.
-
Start “LUMIX Sync” op de smartphone.
Rechtstreeks verbinden
-
Selecteer [Direct] en druk dan op of .
Selecteer [WPS-verbinding] om de camera met een smartphone te verbinden. ([Direct])
-
Start “LUMIX Sync” op de smartphone.
De Wi-Fi verbinding beëindigen
Om de Wi-Fi verbinding tussen de camera en de smartphone te beëindigen, volgt u onderstaande stappen.
-
Druk de sluiterknop tot halverwege in om de camera in de opnamemodus te zetten.
-
De Wi-Fi-verbinding beëindigen.
[] [] [Wi-Fi] [Wi-Fi-functie] [Ja]
U kunt dezelfde handeling ook uitvoeren door op de Fn-knop te drukken die toegekend is aan [Wi-Fi]. (Fn-knoppen)
-
Sluit de “LUMIX Sync” op de smartphone.
Met eenvoudige handelingen beelden op de camera naar een smartphone versturen
U kunt foto's naar een smartphone overzetten die verbonden is via Bluetooth door tijdens het afspelen eenvoudig op [Q] te drukken.
U kunt ook het menu gebruiken om gemakkelijk verbinding te maken.
U kunt dezelfde handeling ook uitvoeren door op de Fn-knop te drukken die geregistreerd is op [Afb. versturen (Smartphone)]. (Fn-knoppen)
Van start:
Installeer “LUMIX Sync” op uw smartphone. (Installeren “LUMIX Sync”)
Verbind de camera met een smartphone door middel van Bluetooth. (Verbinding maken met een smartphone (Bluetooth verbinding))
Druk op [] op de camera om het afspeelscherm te laten weergeven.
Een enkel beeld verzenden
-
Druk op om het beeld te selecteren.
-
Druk op [Q].
-
Selecteer [Enkelvoudig select.].
Om de verzendingsinstellingen te veranderen, drukt u op [DISP.]. (Instellingen voor het verzenden van beelden)
-
Selecteer op de smartphone [Ja] (voor Android apparaten) of [Verbind] (voor iOS-apparaten).
Dit maakt automatisch verbinding via Wi-Fi.
Meer beelden verzenden
-
Druk op [Q].
-
Selecteer [Multi selecteren].
Om de verzendingsinstellingen te veranderen, drukt u op [DISP.]. (Instellingen voor het verzenden van beelden)
-
Selecteer de beelden en zet ze vervolgens over.
: Selecteer de beelden.
of : Instellen/Annuleren
[DISP.]: Overzetten
-
Selecteer op de smartphone [Ja] (voor Android apparaten) of [Verbind] (voor iOS-apparaten).
Dit maakt automatisch verbinding via Wi-Fi.
Het menu gebruiken om beelden gemakkelijk over te zetten
[] [] [Bluetooth] [Afb. versturen (Smartphone)]
Instellingen: [Enkelvoudig select.]/[Multi selecteren]
Indien [Enkelvoudig select.], druk dan op om het beeld te selecteren en druk vervolgens op of om het uit te voeren.
Indien [Multi selecteren], voer dan dezelfde handelingen uit als met “Meer beelden verzenden”. (Meer beelden verzenden)
Het is niet mogelijk om beelden over te zetten waarvan de bestandsgrootte de 4 GB overschrijdt. Beelden die met de volgende functie opgenomen zijn, kunnen niet overgezet worden: – [MOV]-video's, [Apple ProRes]-video's Tijdens het opnemen heeft de opname de prioriteit en dus zal het enige tijd vergen voordat de versturing voltooid is. Als de camera uitgeschakeld wordt of als de Wi-Fi afgesloten wordt voordat het verzenden klaar is, zal de verzending niet herstarten. U bent mogelijk niet in staat bestanden te wissen of het [Afspelen]-menu te gebruiken terwijl de verzending plaatsvindt. Als de volgende functie gebruikt wordt, is [Wi-Fi-functie] niet beschikbaar: – [Autom. overzetten] |