Hoofdtelefoon
U kunt video's opnemen terwijl u het geluid ervan controleert door een in de handel verkrijgbare hoofdtelefoon op de camera aan te sluiten.
Gebruik geen hoofdtelefoonkabels die 3 m of langer zijn.
Als hoofdtelefoons aangesloten zijn, worden tonen, AF-tonen en elektronische sluitergeluiden uitgezet.
De methode voor geluidsweergave omschakelen
[] [] Select [Geluid ouput]
[REALTIME]
Audio zonder tijdverschil.
Het kan afwijken van het geluid dat in de video opgenomen is.
[REC SOUND]
Audio die in de video opgenomen moet worden.
Het uitgevoerde geluid kan vertraagd zijn ten opzichte van het daadwerkelijke geluid.
De instelling is in het volgende geval vastgezet op [REC SOUND]: – Als u een XLR Microfoonadapter (DMW-XLR1: optioneel) gebruikt (Wanneer [4-kanalen Mic. invoer] op [OFF] gezet is) |
Het koptelefoonvolume aanpassen
Sluit de hoofdtelefoon aan en draai aan de .
: Verlaagt het volume.
: Verhoogt het volume.
Gebruik om het volume te regelen het menu:
-
Selecteer [Koptelefoonvolume].
[] [] [Koptelefoonvolume]
-
Druk op om het koptelefoonvolume te regelen en druk vervolgens op of .
Het kan aangepast worden in een bereik van [0] tot [LEVEL15].
[Kanaal geluidscontrole]
U kunt tijdens het opnemen het audiokanaal op de koptelefoon instellen.
Voor informatie over de audiokanaalinstellingen tijdens het afspelen ([Kanaal geluidscontrole (afs.)]).
[] [] Selecteer [Kanaal geluidscontrole]
[CH1/CH2]
Afspelen van CH1 (L)/CH2 (R).
[CH3/CH4]
Afspelen van CH3 (L)/CH4 (R).
[CH1+CH2/CH3+CH4]
Afspelen van CH1+CH2 (L)/CH3+CH4 (R).
[CH1]
Afspelen van CH1.
[CH2]
Afspelen van CH2.
[CH3]
Afspelen van CH3.
[CH4]
Afspelen van CH4.
[CH1+CH2]
Afspelen van een mix van CH1 en CH2.
[CH3+CH4]
Afspelen van een mix van CH3 en CH4.
[CH1+CH2+CH3+CH4]
Afspelen van een mix van CH1, CH2, CH3 en CH4.
Dit kan ook ingesteld worden tijdens een video-opname. |