Panasonic

Beelden uit de camera verzenden

character_bullet-large[PC]

character_bullet-large[Printer]


Bedien de camera om de opgenomen beelden naar een apparaat te zenden dat verbonden is via Wi-Fi.

Raadpleeg de volgende pagina's voor de stappen die voor alle apparaten gemeenschappelijk zijn.

bullet02Wi-Fi-verbindingen: [Via netwerk] (character_reference[Via netwerk])/[Direct] (character_reference[Direct])

bullet02Instellingen voor het verzenden van beelden (character_referenceInstellingen voor het verzenden van beelden)

bullet02Beelden selecteren (character_referenceBeelden selecteren)


icon_info_s

bullet02Tijdens het opnemen heeft de opname de prioriteit en dus zal het enige tijd vergen voordat de versturing voltooid is.

bullet02Als de camera uitgeschakeld wordt of als de Wi-Fi afgesloten wordt voordat het verzenden klaar is, zal de verzending niet herstarten.

bullet02U bent mogelijk niet in staat bestanden te wissen of het [Afspelen]-menu te gebruiken terwijl de verzending plaatsvindt.

bullet02Als [Autom. overzetten] in [Bluetooth] op [ON] gezet is, is [Wi-Fi-functie] niet beschikbaar.


character_diamondBeelden die verzonden kunnen worden

De beelden die verzonden kunnen worden verschillen afhankelijk van het doelapparaat.

Doelapparaat

Beelden die verzonden kunnen worden

[Beelden naar pc versturen tijdens opname]

[Afbeeldingen versturen van camera]

[PC] (character_reference[PC])

JPEG/RAW

JPEG/RAW/MP4/MOV/Apple ProRes

[Printer] (character_reference[Printer])

JPEG


icon_info_s

bullet02Afhankelijk van de versie besturingssysteem worden deze mogelijk niet correct weergegeven.

bullet02Het verzenden zou niet mogelijk kunnen zijn, afhankelijk van uw apparaat.

bullet02Het is misschien niet mogelijk de beelden te verzenden die opgenomen zijn met andere apparaten dan deze camera, of beelden die op een PC bewerkt of verwerkt zijn.


character_diamondFn-knop toegekend aan [Wi-Fi]

U kunt de volgende handelingen uitvoeren door op de Fn-knop te drukken die toegekend is aan [Wi-Fi], na verbinding gemaakt te hebben via Wi-Fi. (character_referenceFn-knoppen)

gui_wi-fi-after-connection-01_dut


[Verbinding beëindigen]

Eindigt de Wi-Fi-verbinding.


[Doelapparaat wijzigen]

Eindigt de Wi-Fi-verbinding en stelt u in staat om een andere Wi-Fi-verbinding te kiezen.


[Instellingen wijzigen voor versturen]

Stelt de beeldafmetingen, de bestandsindeling en andere items voor het versturen van opgenomen beelden in. (character_referenceInstellingen voor het verzenden van beelden)


[Huidig apparaat in favorieten registreren]

Registreert de huidige bestemming van de verbinding of de verbindingsmethode, zodat u de verbinding de volgende keer gemakkelijk tot stand kunt brengen met dezelfde verbindingsinstellingen.


[Netwerkadres]

Geeft het MAC-adres en het IP-adres van de camera weer. (character_reference[Netwerkadres])



bullet02Afhankelijk van de Wi-Fi-functie die gebruikt wordt. of de bestemming van de verbinding, is het misschien niet mogelijk enkele van deze handelingen uit te voeren.


[PC]

Beelden naar en PC verzenden die via Wi-Fi verbonden is.


icon_care_s

Ondersteund OS

Windows: Windows 10

Mac: macOS 10.13, 10.14, 10.15.3 tot 10.15.7, 11.0 tot 11.4


Van start:

bullet02Schakel de PC in.

bullet02Creëer een bestemmingsmap voor beelden.

bullet02Als de werkgroep van de PC van bestemming veranderd is en niet meer de standaardinstelling heeft, dan dient u de overeenkomstige instelling van de camera in [PC-verbinding] te veranderen. (character_reference[PC-verbinding])


character_diamondEen bestemmingsmap voor beelden creëren

Als Windows gebruikt wordt (voorbeeld voor Windows 10)

  1. Selecteer de bestemmingsmap en klik met de rechter muisknop.

  1. Selecteer [Eigenschappen] en schakel het mappen delen in.


Als Mac gebruikt wordt (voorbeeld voor macOS 10.14)

  1. Selecteer de bestemmingsmap en klik op de items in de aangegeven volgorde.

[Archief] character_arrow [Toon info]

  1. Schakel het mappen delen in.


icon_info_s

bullet02Creëer een PC-accountnaam (tot 254 karakters) en een wachtwoord (tot 32 karakters) bestaande uit alfanumerieke karakters.

Er wordt mogelijk geen bestemmingsmap gecreëerd als de accountnaam niet-alfanumerieke karakters bevat.

bullet02Als de computernaam (NetBIOS naam voor Mac) een spatie bevat (leeg karakter), enz., dan wordt hij misschien niet herkend.

In dat geval raden wij aan de naam te veranderen in een naam die slechts uit 15 of minder alfanumerieke karakters bestaat.

bullet02Raadpleeg voor gedetailleerde instellingsprocedures de gebruiksaanwijzing van uw PC of Help van het besturingssysteem.


  1. Selecteer de methode voor het versturen van beelden op de camera.

character_bullet-largebutton_menu-set character_arrow [icon_setup-menu] character_arrow [icon_setup-inout] character_arrow [Wi-Fi] character_arrow [Wi-Fi-functie] character_arrow [Nieuwe verbinding] character_arrow [Beelden naar pc versturen tijdens opname]/[Afbeeldingen versturen van camera]

  1. (Als [Afbeeldingen versturen van camera] geselecteerd is) Zet de bestemming op [PC].

  1. Verbind de camera en de PC via Wi-Fi.

character_bullet-largeSelecteer [Via netwerk] (character_reference[Via netwerk]) of [Direct] (character_reference[Direct]) en maak vervolgens verbinding.

  1. Voer de computernaam van de PC-naam in waarmee u verbinding wilt maken (voor Mac de NetBIOS naam).

bullet02Tekens invoeren (character_referenceTekens invoeren)

  1. Selecteer een map om beelden in op te slaan.

bullet02Er zullen in de geselecteerde map mappen gecreëerd worden op grond van de verzendingsdatum en de beelden zullen in die mappen opgeslagen worden.

  1. Controleer de versturingsinstellingen en druk vervolgens op button_menu-set of button_joy-stick-push_s.

bullet02Om de verzonden instelling te veranderen, drukt u op [DISP.]. (character_referenceInstellingen voor het verzenden van beelden)

  1. (Als [Beelden naar pc versturen tijdens opname] geselecteerd is) Maak foto’s

bullet02[icon_wi-fi-sending2] wordt op het opnamescherm van de camera weergegeven terwijl een bestand verzonden wordt.

bullet02Volg onderstaande stappen om de verbinding te beëindigen:

button_menu-set character_arrow [icon_setup-menu] character_arrow [icon_setup-inout] character_arrow [Wi-Fi] character_arrow [Wi-Fi-functie] character_arrow [Ja]


(Als [Afbeeldingen versturen van camera] geselecteerd is) Selecteer een beeld.

bullet02Selecteer [Exit] om de verbinding te beëindigen.


icon_info_s

bullet02Als het scherm voor een gebruikersaccount en de invoering van een password verschijnt, voer dan het password in dat u op uw PC ingesteld heeft.

bullet02Als de firewall van het besturingssysteem, de veiligheidssoftware, enz., ingeschakeld is, kan het zijn dat het niet mogelijk is een verbinding met de PC tot stand te brengen.


[Printer]

U kunt beelden naar een door PictBridge (draadloos LAN)character_asterisk ondersteunde printer die via Wi-Fi verbonden is, om afgedrukt te worden.

  1. Conform DPS over IP norm


  1. Selecteer de methode voor het versturen van beelden op de camera.

character_bullet-largebutton_menu-set character_arrow [icon_setup-menu] character_arrow [icon_setup-inout] character_arrow [Wi-Fi] character_arrow [Wi-Fi-functie] character_arrow [Nieuwe verbinding] character_arrow [Afbeeldingen versturen van camera]

  1. Zet de bestemming op [Printer].

  1. Verbind de camera met een printer via Wi-Fi.

character_bullet-largeSelecteer [Via netwerk] (character_reference[Via netwerk]) of [Direct] (character_reference[Direct]) en maak vervolgens verbinding.

  1. Selecteer de printer die de bestemming is.

  1. Selecteer de beelden en druk ze af.

bullet02De procedure voor het selecteren van de beelden is gelijk aan de procedure voor wanneer de USB-aansluitkabel aangesloten is. (character_referencePrinten)

bullet02Om de verbinding te beëindigen, drukt u op [button_return].


icon_info_s

bullet02Neem voor details over de PictBridge printer (compatibel met draadloos LAN) contact op met de fabrikanten daarvan.

bullet02Als [Autom. overzetten] in [Bluetooth] op [ON] gezet is, is [Wi-Fi-functie] niet beschikbaar.