Voorzorgsmaatregelen voor het gebruik
De camera
Houd dit toestel zo ver mogelijk uit de buurt van elektromagnetische apparatuur (zoals magnetrons, televisie, videospelletjes, enz.).
Indien u dit toestel op of naast een televisie gebruikt, kunnen beeld en/of geluid op dit toestel onderbroken worden door de straling van de elektromagnetische golven.
Gebruik dit toestel niet in de buurt van een mobiele telefoon. Hierdoor kan ruis ontstaan met een nadelige invloed op beeld en/of geluid.
Opgenomen gegevens kunnen beschadigd worden of beelden kunnen vervormd worden, als gevolg van sterke magnetische velden die gecreëerd worden door luidsprekers of zware motoren.
De straling van elektromagnetische golven kan een nadelige invloed hebben op dit toestel en storingen van beeld en/of geluid veroorzaken.
Als het toestel de invloed van magnetisch geladen apparatuur ondergaat en vervolgens niet naar behoren werkt, dan dient u het uit te schakelen en de batterij te verwijderen, of de netadapter los te maken. Plaats de batterij vervolgens weer terug, of sluit de netadapter weer aan, en schakel het toestel weer in.
Gebruik dit toestel niet in de nabijheid van radiozenders of hoogspanningsdraden.
Opnemen in de buurt van radiozenders of hoogspanningsdraden kan nadelige gevolgen hebben voor beeld en/of geluid.
Altijd de meegeleverde snoeren en kabels gebruiken.
Ook voor optionele accessoires gebruikt u altijd de meegeleverde snoeren en kabels.
De snoeren of de kabels niet langer maken.
Het toestel niet bespuiten met insectenverdelgers of chemische middelen.
Wordt het toestel met chemische middelen bespoten dan kan het beschadigd raken en de afwerkingslaag er van af gaan.
Vermijd langdurig contact tussen producten van rubber, PVC of gelijkaardige materialen en de camera.
Bij gebruik in een koud klimaat of bij lage temperaturen
Er kunnen brandwonden veroorzaakt worden als u de metalen delen van de camera lange tijd en op een koude plaats in rechtstreeks contact met de huid laat (in een omgeving met temperaturen van 0 C of lager, zoals ski-oorden of plaatsen op grote hoogte).
Draag handschoenen wanneer u het toestel lange tijd gebruikt.
De prestaties van de batterij (aantal opneembare foto's/beschikbare opnametijd) kunnen tijdelijk afnemen bij temperaturen tussen −10 °C en 0 °C.
Houd de batterij warm wanneer u hem gebruikt door hem in uw uitrusting voor koud weer of kleding te bewaren. De prestaties van de batterij zullen weer normaal worden als de interne temperatuur opnieuw stijgt.
De batterij kan niet geladen worden bij temperaturen onder de 0 °C.
Als laden niet mogelijk is, knippert het laadlampje op de camerabody rood.
Bij gebruik op koude plaatsen mogen geen waterdruppels of sneeuw op de camera achterblijven.
Als dat gebeurt, kan het water bevriezen in de spleten van de on/off-schakelaar van de camera, de luidspreker en de microfoon waardoor deze onderdelen moeilijk kunnen bewegen en/of een lager volume veroorzaken. Dit is geen defect.
Reiniging
Voordat u de camera reinigt, dient u de batterij of de DC-koppelaar te verwijderen en de stekker uit het stopcontact te trekken. Veeg de camera vervolgens af met een droge, zachte doek.
Wanneer het toestel vuil is, kan het schoongemaakt worden door het vuil eraf te wrijven met een uitgewrongen natte doek en vervolgens met een droge doek.
Geen schoonmaakmiddelen gebruiken zoals benzeen, verdunner, alcohol, keukenschoonmaakmiddelen, enz., om het toestel te reinigen, aangezien dit buitenhoes of het deklaagje zou kunnen aantasten.
Wanneer u een chemische doek gebruikt, ervoor zorgen de bijbehorende instructies te volgen.
Vuil op de beeldsensor
Als vuil in de lensbevestiging komt wanneer van lens verwisseld wordt, kan dit vuil afhankelijk van de opname-omstandigheden op de beeldsensor terechtkomen en op de opgenomen foto komen te staan.
Om te voorkomen dat er vuil of stof op de interne delen van het toestel komen, kunt u beter niet de lens omwisselen in een stoffige omgeving en altijd de body-kap of lens erop doen wanneer u de camera opbergt.
Verwijder eventueel vuil op de body-kap voordat u deze bevestigt.
Stofverminderingsfunctie
De camera heeft een stofverminderingsfunctie waarmee vuil en stof weggeblazen worden, die op de voorkant van de beeldsensor zijn blijven zitten.
Als het vuil bijzonder opvallend aanwezig is, voer dan vanuit het [Set-up] ([Overig])-menu de [Sensorreiniging] uit. ([Sensorreiniging])
Verwijder het vuil van de beeldsensor
De oogsensor is een zeer precies en kwetsbaar apparaat; neem daarom de onderstaande richtlijnen in acht als u hem zelf moet schoonmaken.
Blaas het stof van het oppervlak van de beeldsensor met gebruik van een in de handel verkrijgbare blower.
Blaas het stof niet weg met overmatig veel kracht.
Steek het blazertje niet verder naar binnen dan de lensbevestiging.
Het blazertje kan de beeldsensor raken en krassen veroorzaken.
Gebruik uitsluitend een blaaskwastje om de beeldsensor schoon te maken.
Als u het vuil of het stof niet met een blower kunt verwijderen, raadpleeg dan de verkoper of Panasonic.
De zoeker reinigen
Als de zoeker vuil is, blaas het vuil dan van het oppervlak van de zoeker met gebruik van een in de handel verkrijgbare blazertje en veeg het oppervlak vervolgens zachtjes schoon met een zachte, droge doek.
De oogdop kan niet verwijderd worden dus zorg ervoor dat deze niet losraakt bij het reinigen van de zoeker.
Raakt de oogdop per ongeluk toch los, raadpleeg dan de verkoper of Panasonic.
Monitor/Zoeker
Druk niet hard op het scherm.
Dit kan een onregelmatige kleur of en storing veroorzaken.
Er is van extreem hoge precisietechnologie gebruik gemaakt voor de productie van het beeldscherm van het scherm/de zoeker. Toch kunnen er donkere of lichte punten op het scherm staan of punten die continu branden (rood, blauw of groen).
Dit is geen storing.
Ofschoon onderdelen van het scherm/de zoeker geproduceerd zijn met hoog gecontroleerde precisietechnologie kunnen sommige pixels inactief of altijd verlicht zijn.
De punten zullen niet opgenomen worden op foto's op een kaart.
Lens
Wanneer u deze lens gebruikt, moet u erop letten hem niet te laten vallen, ertegen te stoten of onnodige kracht erop uit te oefenen.
Dit kan storingen of beschadiging van deze lens en de digitale camera veroorzaken.
Richt de lens niet op de zon of sterke lichtbronnen.
Het geconcentreerde licht kan brand of schade veroorzaken.
Zorg ervoor deze camera (lens) niet rechtstreeks bloot te stellen aan sterke lichtbundels, zoals laserlicht. Deze kunnen de beeldsensor kapot maken en een slechte werking van de camera veroorzaken.
De beelden kunnen de invloed ondergaan van stof, vuil en vervuiling (water, olie, vingerafdrukken, enz.) op het lensoppervlak.
Gebruik voor en na de opname een blazertje om stof en vuil van het oppervlak van de lens te blazen en veeg het vuil vervolgens zachtjes weg met een zachte, droge doek.
Als de camera niet gebruikt wordt, bevestig dan de lensdop en de achterste lensdop om te voorkomen dat stof en vuil op of in de camera terechtkomen.
Om de contactpunten van de lens (A) van de lens te beschermen, dient u niet het volgende te doen.
De volgende handelingen kunnen een storing veroorzaken.
– De contactpunten van de lens aanraken.
– De contactpunten van de lens vuil maken.
– De lens met het montage-oppervlak omlaag plaatsen.
Om de prestaties van de stof- en spatbestendigheid van de onderling verwisselbare lens (H-ES12060/H-FS12060) te verbeteren, wordt een montagerubber in de lensbevestiging gebruikt.
– Dit montagerubber van de lens zal slijtageplekken op de bevestigingszone van de digitale camera achterlaten maar die zijn niet van invloed op de prestaties.
– Neem voor vervanging van het montagerubber van de lens contact op met Panasonic.
Batterij
De batterij is een oplaadbare lithium-ion batterij.
Deze is erg gevoelig voor temperatuur en vochtigheid en het effect op de prestaties neemt toe wanneer de temperatuur stijgt of daalt.
Laat de batterijaansluitingen (B) niet vuil worden.
Veeg ze af met een droog doekje als ze vuil worden.
Haal de batterij altijd uit het toestel na gebruik.
Doe de verwijderde batterij voor opslag of vervoer in een plastic zak bijv. en bewaar deze ver van metalen voorwerpen (paperclips, enz.) voor opslag of transport.
Als u de batterij per ongeluk laat vallen, controleer dan of de body van de batterij en de contactpunten vervormd zijn.
Als een batterij met vervormde contactpunten in de camera geplaatst wordt, zal de camera beschadigd worden.
Onbruikbare batterijen weggooien.
Batterijen hebben een beperkte levensduur.
Batterijen niet in open vuur gooien, dit kan ontploffing veroorzaken.
De batterijaansluitingen niet in contact laten komen met metalen voorwerpen (zoals kettingen, haarpinnen, enz.).
Dit kan kortsluiting of hitte veroorzaken en u zou uzelf ernstig kunnen verbranden als u de batterij aanraakt.
Netadapter
De laadlampjes kunnen knipperen onder de invloed van statische elektriciteit of elektromagnetische golven, afhankelijk van de laadomgeving. Dit fenomeen is niet van invloed op het laden.
Als u een batterijlader vlak bij een radio gebruikt, kan dit de radio-ontvangst storen.
De lader 1 m of meer verwijderd houden van de radio.
De Netadapter kan tijdens het gebruik een elektrische zoemtoon laten klinken; dit is geen storing.
Haal na gebruik de stekker uit het stopcontact.
(Als u de stekker in het stopcontact laat zitten, verbruikt u nog steeds een beetje stroom.)
Kaart
Laat de kaart niet achter in zones met hoge temperaturen, rechtstreeks zonlicht, of in zones waar elektromagnetische golven en statische elektriciteit kunnen optreden.
De kaart niet plooien of laten vallen.
Stel de kaart niet bloot aan sterke trillingen.
De kaart en de opgenomen gegevens kunnen anders beschadigd raken.
De kaart in de kaarthoes of het zakje doen na gebruik en wanneer u de kaart opslaat of vervoert.
Zorg ervoor dat vuil, water of andere onbekende objecten niet op of in de contactpunten van de kaart terechtkomen
Raak de contactpunten bovendien niet aan met uw handen.
Persoonlijke Informatie
Persoonlijke informatie is in de camera opgeslagen en in beelden opgenomen.
Wij raden aan dat u de beveiliging verbetert door een Wi-Fi-wachtwoord en een Wi-Fi-functievergrendeling in te stellen om uw persoonlijke informatie te beveiligen. ([Wi-Fi setup]-menu)
De beelden kunnen informatie bevatten die gebruikt kan worden om de gebruiker te identificeren, zoals opnamedatums en -tijden, en locatie-informatie.
Ontkoppeling
Informatie, inclusief persoonlijke informatie, kan veranderd worden of verdwijnen wegens een fout, een effect van statische energie, een ongeluk, storing, reparatie of andere handelingen.
Gelieve van te worden acht slaan op het feit dat Panasonic op geen enkele manier aansprakelijk is voor directe of indirecte schade veroorzaakt door de verandering of verdwijning van informatie of persoonlijke informatie.
Wanneer een reparatie aangevraagd wordt of de camera afgedankt/overgedragen wordt
Na het maken van een kopie van persoonlijke informatie dient u informatie, met inbegrip van persoonlijke informatie en draadloze LAN-verbindingsinstellingen, die u in de camera geregistreerd of opgeslagen heeft, te wissen met [Resetten] ([Resetten]).
De instellingen opnieuw instellen om de persoonlijke gegevens te beschermen. ([Resetten])
De kaart uit de camera verwijderen.
Instellingen zouden terug kunnen keren naar de fabriekstandaard wanneer het toestel gerepareerd wordt.
Neem contact op met de verkoper bij wie u het toestel aangeschaft heeft, of met Panasonic, als bovenstaande handelingen niet mogelijk zijn wegens storing.
Punten waarmee rekening gehouden moet worden wanneer de geheugenkaart afgedankt/overgedragen wordt
Het formatteren of wissen met gebruik van de camera of een PC zal alleen de informatie van het bestandsmanagement veranderen en zal de gegevens in de geheugenkaart niet volledig wissen.
Wij raden aan de kaart daadwerkelijk te vernietigen of in de handel verkrijgbare PC-software voor het wissen van gegevens te gebruiken PC te gebruiken om de kaartgegevens volledig te wissen wanneer de kaart afgedankt/overgedragen wordt.
U bent verantwoordelijk voor de behandeling van gegevens op kaarten.
Wanneer u de camera gedurende een lange tijdsperiode niet gebruikt
Wees er zeker van dat de batterij en de kaart uit de camera verwijderd zijn.
Als de batterij in de camera achterblijft, kan hij diep ontladen worden en dan zelfs na het laden onbruikbaar geworden zijn.
De batterij in een koele en droge plaats met een relatief stabiele temperatuur opbergen.
(Aanbevolen temperatuur: 15 C tot 25 C; aanbevolen vochtigheid: 40 %RH tot 60 %RH)
Als de batterij lange tijd opgeslagen wordt, wordt aanbevolen de batterij één keer per jaar te laden, hem in de camera volledig leeg te laten raken, hem uit de camera te halen en weer op te slaan.
We raden aan het toestel op te slaan met een droogmiddel (kwartsglas gel) wanneer u deze in een kast bewaart.
Controleer alle onderdelen voorafgaand aan de opname wanneer u de camera lange tijd niet gebruikt heeft.
Beeldgegevens
De opgenomen gegevens kunnen beschadigd raken of verloren gaan als de camera stuk gaat door een oneigenlijke wijze van hanteren.
Panasonic zal niet aansprakelijk zijn voor enige schade die veroorzaakt wordt door het verlies van opgenomen gegevens.
Statief
Zet het statief goed vast als u het toestel erop bevestigt.
Als een statief gebruikt wordt, is het misschien niet mogelijk de batterij te verwijderen.
Zorgvuldigheid is vereist omdat het overmatig vastdraaien van de schroef de camera kan beschadigen of tot gevolg hebben dat het typeplaatje losraakt.
Afhankelijk van het statief dat u gebruikt, kan de lens een interferentie vormen met de statiefkop als de lens die u gebruikt een grote diameter heeft.
Als u in dit geval probeert de schroeven van het statief vaster aan te draaien, kan de camera of de lens schade toegebracht worden.
Wij raden aan de Statiefadapter (DMW-TA1: optioneel) te gebruiken.
Raadpleeg ook de gebruiksaanwijzing van het statief.
Schouderriem
Als u een zware onderling verwisselbare lens op de camerabody bevestigt, dient u de camera niet aan de schouderriem te dragen.
Het toestel en de lens vasthouden wanneer u deze draagt.
Wi-Fi-functie
Gebruik de camera als een draadloos LAN-apparaat.
Als apparaten of computersystemen gebruikt worden die een meer betrouwbare beveiliging dan draadloze LAN-apparaten vereisen, controleer dan of passende maatregelen getroffen zijn voor veiligheidsontwerpen en defecten van de gebruikte systemen.
Panasonic zal op geen enkele wijze aansprakelijk zijn voor enige schade als gevolg van gebruik van de camera voor ongeacht welk doel anders dan als draadloos LAN-apparaat.
Het gebruik van de Wi-Fi-functie van de camera wordt geacht plaatst te vinden in de landen waar deze camera verkocht wordt.
Er bestaat het risico dat de camera de wetgeving op het gebied van radiogolven schendt als ze in andere landen gebruikt wordt dan in de landen waar deze camera verkocht wordt en Panasonic stelt zich op generlei wijze aansprakelijk voor overtredingen van welk aard ook.
Er bestaat het risico dat gegevens die verzonden en ontvangen worden via radiogolven opgevangen kunnen worden.
Wees gelieve op de hoogte dat er het risico bestaat dat gegevens die verzonden en ontvangen worden via radiogolven opgevangen kunnen worden door derden.
Gebruik de camera niet in zones met magnetische velden, statische elektriciteit of interferentie.
Gebruik de camera niet in zones met magnetische velden, statische elektriciteit of interferentie, zoals vlakbij magnetrons.
Deze kunnen de onderbreking van radiogolven veroorzaken.
Het gebruiken van de camera in de buurt van inrichtingen zoals microwave-ovens of draadloze telefoons die de 2,4 GHz radiogolfband gebruiken zou een afname in prestatie kunnen veroorzaken in beide inrichtingen.
Verbind niet met een draadloos netwerk waarvoor u geen toestemming heeft het te gebruiken
Wanneer Wi-Fi gebruikt wordt, kunnen draadloze netwerken (SSID) waarvoor u geen toestemming heeft deze te gebruiken weergegeven worden, maar probeert u geen verbinding te maken met die netwerken aangezien dit als niet-geautoriseerde toegang beschouwd zou kunnen worden.