Hoge Resolutie Modus
Dit voegt foto's met een hoge resolutie samen die afkomstig zijn uit meerdere opgenomen beelden.
Deze functie is geschikt voor het opnemen van onderwerpen die niet bewegen.
De foto kan na de samenvoeging opgeslagen worden in RAW- of JPEG-formaat.
Gebruik een statief om het bewegen van de camera te minimaliseren. De beeldstabilisatiefunctie wordt automatisch uitgeschakeld. |
-
Zet de aandrijfstand op [] (Hoge resolutie).
Stel de aandrijfstand-instelknop in. (De aandrijfstand selecteren)
-
Stel de opname-instellingen in.
[] [] [Inst. Hoge resolutie modus]
[Beeldkwaliteit]
De compressiesnelheid instellen waarop de beelden opgeslagen moeten worden.
[COMBINED]/[FINE]/[RAW+FINE]/[RAW]
Als [COMBINED] ingesteld is, vindt de opname plaats met dezelfde instellingen als [Beeldkwaliteit] in het [Foto] ([Afbeeldingskwaliteit])-menu. ([STD.] verandert echter in [FINE].)
[Fotoresolutie]
Stelt de beeldgrootte in na de samenvoeging.
Als de [Aspectratio] op [4:3] staat.
[XL] (85 M): 10656×8000
[LL] (42,5 M): 7552×5664
Als de [Aspectratio] op [3:2] staat.
[XL] (96 M): 12000×8000
[LL] (48 M): 8496×5664
Als de [Aspectratio] op [16:9] staat.
[XL] (81 M): 12000×6736
[LL] (40,5 M): 8496×4784
Als de [Aspectratio] op [1:1] staat.
[XL] (64 M): 8000×8000
[LL] (32 M): 5664×5664
RAW-beelden worden altijd opgenomen in de aspectratio [3:2] (12000×8000).
[Simul opname norm.foto]
Maakt gelijktijdig foto's die niet samengevoegd worden als [ON] ingesteld is. De eerste foto zal opgeslagen worden met [Fotoresolutie] op [L] gezet.
[Sluitervertraging]
Stelt de vertragingstijd in tussen de tijd waarop de ontspanner ingedrukt wordt en de tijd waarop de ontspanner losgelaten wordt.
[30 SEC]/[15 SEC]/[8 SEC]/[4 SEC]/[2 SEC]/[1 SEC]/[1/2 SEC]/[1/4 SEC]/[1/8 SEC]/[Uit]
[Verw. bewegingsonscherpte]
Stelt de correctiemethode in die gebruikt moet worden als het onderwerp bewoog.
[MODE1]: Dit geeft de prioriteit aan de Hoge Resolutie Modus, de wazigheid van het beeld verschijnt als een nabeeld in de foto.
[MODE2]: Dit beperkt het nabeeld als gevolg van het wazige beeld maar kan in het gecorrigeerde bereik niet hetzelfde effect van de Hoge Resolutie Modus verkrijgen.
-
Bepaal de compositie en zet de camera vervolgens vast op zijn plaats.
Als onscherpte gedetecteerd wordt, knippert de icoon (A) van de Hoge Resolutie Modus.
-
Start de opname.
Druk de ontspanknop geheel in.
Met de standaardinstellingen is [Sluitervertraging] geactiveerd dus zal er een tijdleemte zijn vanaf het moment waarop op de ontspanknop gedrukt wordt tot de vrijgave van de sluiter.
Het scherm wordt donker tijdens de opname.
De aanduiding (rood) van de opnamestatus (B) knippert.
Beweeg de camera niet terwijl het knippert.
U kunt verdergaan met de opname wanneer het samenvoegingsproces eindigt.
In de Hoge Resolutie Modus wordt het opnemen uitgevoerd met de volgende instellingen. – [Sluitertype]: Vastgezet op [ELEC.] – Minimum lensopeningwaarde: F16 – Sluitertijd: 1 seconde tot 1/8000 seconde – ISO-gevoeligheid: Bovenlimiet op [3200] – Focusmodus: [AFS]/[MF] Als u op een extreem heldere locatie opneemt of onder fluorescente/LED-verlichting, kan de kleuring of de helderheid van het beeld gewijzigd worden of kunnen horizontale strepen op het beeldscherm verschijnen. Het verlagen van de sluitertijd kan het effect van de horizontale strepen verkleinen. Andere apparaten dan deze camera zijn mogelijk niet in staat beelden af te spelen die opgenomen zijn met gebruik van de Hoge Resolutie Modus. Als APS-C-lenzen gebruikt worden, is opnemen in Hoge Resolutie Modus niet mogelijk. Als de volgende functie gebruikt wordt, is de High Resolution Mode niet beschikbaar: – [Samenstelling Live View] |